In de queeste naar een erotisch centrum in Amsterdam haalt burgemeester Halsema Villa Tinto in Antwerpen aan als voorbeeld. Wat zijn de ervaringen daar? En welke lessen zijn er te halen? Het Parool bracht een weekend door in de rosse buurt van Antwerpen.
Bron: https://www.parool.nl/wereld/het-erotisch-centrum-van-antwerpen-staat-midden-in-een-woonwijk-hier-kom-je-alleen-om-te-seksen-in-amsterdam-is-het-gezelliger~b5d8639e/
I n de hoofdingang van erotisch centrum Villa Tinto schuilen zes Vlaamse mannen van begin twintig voor de gietende regen. Het is middernacht in Antwerpen. Hier lopen geen groepjes ‘vrijgezellen’ voorzien van blikjes bier of piemelpakken.
Onder het afdakje vertellen ze over de prijsverschillen tussen Amsterdam en Antwerpen. Een kwartier seks kost hier zo’n 50 euro, in Amsterdam betaalde een van hen ruim het dubbele. “Maar in Amsterdam is het gezelliger. Je betaalt daar ook voor de sfeer,” vat hij samen. “Hier kom je gewoon om te seksen.”
Ze lopen een paar rondjes, gaan Villa Tinto in en weer uit. Geen gejoel, geschreeuw of gefotografeer. Bij elk rondje is de groep kleiner geworden, een voor een achter de deur van een sekswerker verdwenen. Uiteindelijk zijn ze allemaal uit het zicht.
Veilig alternatief
Jaarlijks komen zo’n 915.000 bezoekers naar het Antwerpse Schipperskwartier voor seks. Sinds 2005 is Villa Tinto hier het erotisch centrum – een groot grijs gebouw met ramen beneden en woningen boven. Burgemeester Femke Halsema verwees tijdens bewonersbijeenkomsten in Amsterdam meermaals naar Tinto als voorbeeld van waar het goed geregeld is, een veilig alternatief voor de ramen.
In het Schipperskwartier werken al eeuwenlang sekswerkers, net als op de Wallen. Villa Tinto telt 51 kamers – de helft van de 100 beoogde kamers van de Amsterdamse variant. Het centrum is zonder kosten via twee entrees te betreden. Het Amsterdamse centrum moet één entree krijgen.
Een volledig vergelijkbaar internationaal voorbeeld is niet makkelijk te vinden stelde Halsema, maar een relevant voorbeeld is het wel. Villa Tinto staat midden in een woonwijk, de politie heeft er een eigen ruimte en meerdere onderwijsinstellingen bevinden zich op loopafstand.
Eind vorige eeuw was oud-burgemeester Leona Detiège (80) eindverantwoordelijk voor de transformatie. In de jaren negentig smeekten bewoners – net als nu op de Wallen – om veranderingen, vertelt ze in een café net buiten het Schipperskwartier. Detiège: “Voor de reorganisatie hebben we een prostitutieambtenaar uit Nederland laten overkomen.”
Toen stonden nog 1300 prostituees in zeventien straten te tippelen, achter een van de 280 ramen of ze ‘wierven’ in de drukke cafés. Prostituees werden uitgebuit en mishandeld door pooiers en leefden in verkrotte panden. De politie voerde grote acties uit tegen de Russische en Georgische maffia om de buurt enigszins leefbaar te houden.
Middenweg
Het Antwerpse stadsbestuur móést in die periode wel ingrijpen. Parallellen zijn te trekken met ‘de Walletjes’, zegt Detiège, als ze hoort dat Amsterdam in een andere wijk een erotisch centrum wil bouwen. Ook in Antwerpen was daar sprake van – zelfs op een schip, zoals in Amsterdam nu ook wordt voorgesteld. “Alleen zaten bewoners en prostituees daar niet op te wachten. Men was hier al gewend aan sekswerk.”
De prostitutieambtenaar tekende een driehoek uit: in drie straten mocht nog sekswerk zijn, met als middelpunt Villa Tinto. De gemeente stelde juridische voorwaarden aan de ontwikkelaars, vergelijkbaar met de Amsterdamse plannen. Sekswerkers moeten zelfstandig een kamer huren tegen normale prijzen en exploitanten met een strafblad mogen in de omgeving niks uitbaten.
De sekswerkers waren niet blij met de plannen – net als in Amsterdam. Ze wilden geen werkplekken kwijtraken. De burgemeester koos voor een middenweg: illegale prostitutie in de ban, maar wel de 280 ramen behouden. In Amsterdam pleiten progressieve partijen eveneens voor behoud van de 352 werkplekken. Detiège: “Door de ramen te behouden en te reguleren konden we sekswerkers iets meer veiligheid bieden tegen uitbuiting.”
Op het nabijgelegen Falconplein beschrijft Detiège de oude situatie, toen het nog het ‘Rode Plein’ werd genoemd, vanwege de Russen die er de dienst uitmaakten. Auto’s reden non-stop rond en hielden bewoners wakker. “Hier waren winkels waar je van alles kon kopen voor niks. Gestolen radio’s, bijvoorbeeld.”
De tachtigjarige Eduward de Spoelberch woont er ruim dertig jaar. “Vroeger kwamen de mensen van overal voor de winkeltjes. Van Parijs tot en met Londen, maar gezellig was het niet. Nu zie ik vooral toeristen. Sekstoeristen, welteverstaan. Ik heb daar geen last van.” Sinds de maatregelen is het kalmer geworden, zegt hij. “Ik ben oud, maar ik weet wel: het is hier nu beter. Rustiger, minder criminaliteit. Gezinnen kunnen hier gewoon leven zonder dat ze in een verkrot huis zitten. Tegenwoordig hebben wij alleen de Hollanders.”
Vanaf de lente wordt het drukker, zegt hij. Dat komt ook doordat het Schipperskwartier een doorgangsbuurt is. Vanuit het stadshart lopen veel mensen naar de hippe buurt het Eilandje. De Spoelberch: “De meesten passeren Villa Tinto van een afstand.”
Detiège noemt de transformatie van het gebied een van haar grote successen als burgemeester. “Het is minder levendig en wat troosteloos geworden, maar we hebben het hier echt opgekuist. De buurt is opgewaardeerd, de sekswerkers zijn uit de krotten gehaald en de grote criminaliteit is verdwenen.”
Politiecamera’s houden toezicht. De politie rijdt zo’n meerdere keren per uur door het gebied, heeft contact met de raamuitbaters en houdt intakegesprekken met nieuwe sekswerkers, om de identiteit vast te stellen en te achterhalen of sprake is van mensenhandel. Volgens het meest recente politierapport uit 2016 is 95 procent van de sekswerkers gecontroleerd door het prostitutieteam. Uit identiteitscontrole bleek dat dagelijks ongeveer twee vrouwen in het gebied arriveerden, met name uit Roemenië. De voornaamste conclusie: het gaat over het algemeen best goed en er zijn weinig grote incidenten.
Prostitutiestraat
Een groot aantal cafés rondom de resterende prostitutiestraten is de afgelopen decennia gesloten vanwege vechtpartijen, illegale wapens en illegale prostitutie. Deze vrijdagavond zijn er zo’n vijf geopend, waaronder het eeuwenoude De 7de Hemel. De aan de grond vastgeschroefde barkrukken herinneren nog aan het verleden: niemand die ermee kan gooien.
Peter-Jan Geevers (51) is een van de weinige klanten. Vroeger was dit het ‘Afrikaanse straatje’, zegt hij. De vrouwen waren goedkoper dan elders en de boel werd vaak gerund door Nigeriaanse ‘madams’. Hij kan het weten, want hij kwam er zelf regelmatig. “Het moet een hel voor de meisjes zijn geweest.”
Een grote groep aangeschoten Nederlandse mannen loopt voorbij het café, recht de prostitutiestraat in. “Jullie zijn onze Britten,” merkt Geevers terloops op. Er wordt op de ramen geklopt en er worden veelbetekenende blikken uitgewisseld. Op een hoek staan een paar sekswerkers uit Azië, verderop de vrouwen uit Afrika. In het midden van het gebied is een gezondheidspost, zoals ook voorzien is in Amsterdam. Sekswerkers kunnen hier gratis en anoniem doordeweeks langskomen voor onder meer soa-tests.
Aan veel ramen hangen bordjes met daarop de aangeboden diensten: ‘shemale’, ‘SM’ of ‘massage’. De verhuurprijs voor werkkamers: zo’n 80 tot 120 euro per dag. Sekswerkers werken hier twaalf uur per dag, in twee shifts van zeven tot zeven. Vrouwen die net nog halfnaakt in de kamers stonden, gaan aan het eind van hun shift met de capuchon ver over het hoofd naar buiten.
De 24-jarige Iwana (‘my working name’) uit Roemenië is net klaar. “Hier komen vooral mensen voor ons,” zegt ze, terwijl haar hondje Diamond uitgelaten wil worden. Sinds vier jaar huurt ze een kamer in Villa Tinto. Amsterdam kent ze ook, maar daar vindt ze het te druk met toeristen. “Je ziet daar alleen maar mensen passeren. Ze komen om te kijken, niet voor de seks. Hier ben je minder een attractie en de meeste toeristen passen zich wel aan. Ik zou niet graag ergens anders willen werken.”
Alle kamers zijn uitgerust met een alarmknop – zoals ook in Amsterdam veelal het geval is. Die is niet verbonden met de politie, maar het alarm is buiten te horen, zodat andere sekswerkers te hulp kunnen schieten. Geregeld klinkt het alarm, vaak ook om een klant ‘te activeren’ de rekening te voldoen.
Het geluid is ook een dagelijkse herinnering aan de nare omstandigheden van het werk, zeggen buurtbewoners Abriel en David Schieffelers. David (36): “Twee weken geleden slaakte een vrouw de meest intense schreeuw die je kan horen. Als gemeente kun je talloze maatregelen nemen, politici hebben die het echt goed bedoelen, maar uiteindelijk krijgen deze vrouwen met narigheid te maken.”
Abriel (27) werkte als maatschappelijk werker in de VS en België met sekswerkers. Amsterdam kent ze ook goed, omdat haar man David daar woonde. Vergeleken met andere steden doet Antwerpen het een ‘miljoen keer’ beter, zegt ze, maar kritisch is ze ook. Abriel: “De zorgen van buurtbewoners in Amsterdam zijn valide. Sekswerkers kunnen slachtoffer zijn van mensenhandel en het trekt criminelen aan, zo blijkt ook uit studies die in Antwerpen zijn gedaan.”
En voor de buurt mag de overlast goeddeels verdwenen zijn, een sprankelend stukje stad is het niet geworden. In de wijk is de reuring ver te zoeken, na het vallen van de avond is de aanblik ronduit treurig. Rustig is het dan weer wel. Waar op de Wallen vrijdagavond het toeristengeschal tegen de gevels kaatst, kan in het Schipperskwartier een kanon worden afgeschoten.
Triootje cadeau
Het weer helpt niet mee, het is net ramadan en veel mensen krijgen hun salaris pas na het weekend, zegt de barvrouw van nabijgelegen café ’t Skippertje. Maar grote groepen toeristen komen er sowieso beperkt. “Het is hier vooral een pintje voor en een pintje na de seks om kracht te krijgen,” grapt ze.
In het café zit Eric (61), zijn achternaam deelt hij liever niet. “Ik heb geen vriendin, ben niet getrouwd,” zegt hij vriendelijk op z’n Vlaams, nippend van zijn koffie. “Een bezoekje biedt wat genegenheid.” Al jaren gaat hij zo’n twee keer per maand naar sekswerkers. “Op mijn 61ste verjaardag heb ik mezelf een triootje cadeau gegeven. Daar had ik iets meer van verwacht,” zegt hij lachend. “Ik dacht dat de ander ook wat zou friemelen, maar het was eerst de één en toen de ander.”
Eric is exemplarisch voor het soort klant dat hier komt. Van middelbare leeftijd, even snel binnen als weer vertrokken, maar niet beschaamd om hier te zijn. Hij is blij dat veroordelende blikken van vreemden hem bespaard blijven. “Het voelt als een veilige plek.” De kroeg is verder bijna uitgestorven. Een drugsdealer vraagt bij vertrek of er interesse is in z’n handel. “Als je een lijntje wilt?” Hij dealt hier alleen in het weekend en buitenlandse toeristen zijn de voornaamste klanten, zegt hij. “Maar dat is vooral als de zon weer schijnt.”
Properste buurt van Antwerpen
Tot 2019 was het ’s nachts een stuk drukker. Toen zat de befaamde nachtclub Café d’Anvers hier nog, waar televisiepresentator Tom Waes in de jaren negentig portier was. Veel Nederlanders kwamen eropaf, ook voor de bekende dj’s. Teruglopende inkomsten deden de nachtclub de das om.
Volgens buurtbewoner Chris Vossen (49) kwam toen pas echt de rust in het Schipperskwartier. “Met Café d’Anvers had je nog feestvolk van vrijdag tot zondagochtend, maar nu is het echt een prostitutiegebied. In de zomer hoor ik ’s ochtends de vogeltjes fluiten.” In de plannen krijgt het Amsterdamse centrum ook een café en nachtclub. Onduidelijk is nog in welke vorm, maar bewoners uit Zuid en Noord maken zich zorgen over de mogelijk grote aanloop van toeristen.
Rond 01.00 uur is het vrijwel uitgestorven. Een sekswerker loopt snel in ochtendjas en badslippers een nachtwinkel binnen voor wat drinken. Bij gebrek aan klandizie staan vrouwen met elkaar te praten. Een paar mannen eten Turkse pizza’s bij een snackbar, de politie rijdt nog een rondje. Vossen: “De politie rijdt constant voorbij, zomers wordt de straat twee keer per dag schoongemaakt. Drugsdealers zijn er, maar het valt in het niet bij de stationsbuurt. Dit is de veiligste en properste buurt van Antwerpen om te wonen.”
1